De voordelen van cohousing
CENTURY 21

Voor elke Vlaming een huisje met tuintje, netjes naast elkaar. Dit straatbeeld zal in de toekomst verleden tijd zijn. Ons landje kan niet anders dan nieuwe woonvormen aannemen. Samenhuizen, ofwel cohousing, is één voorbeeld. Je woont er met verschillende gezinnen of koppels samen in een woongemeenschap. En dat heeft wel wat voordelen.

Elkaar ontmoeten

In een woongemeenschap ontmoet je elkaar spontaan of op afgesproken tijdstippen, bv. om samen te eten of te sporten. Je hoeft dus niet alleen te zijn, tenzij je er zelf nood aan hebt.

Samen koken is niet alleen gezellig, maar betekent ook tijdswinst. Je moet minder vaak koken als je een beurtrol instelt. Zo hoef je per maand mogelijk maar enkele keren te koken. Tijd die je aan heel wat andere dingen kan spenderen.

Samen werken kan perfect in een woongemeenschap. Zo zal je je zeker niet sociaal geïsoleerd voelen. In buitenlandse projecten wordt meer en meer een gedeelde ‘kantoorruimte’ voorzien, net zoals bij ons ‘co-working’ soms een plek krijgt bij samenhuizers. Ook ‘eenzaam’ huishoudelijk werk zoals naaien, strijken of fietsen herstellen gebeurt bij woongemeenschappen soms in gezelschap.

Samen activiteiten organiseren, zoals een kaartavond, een muzikaal optreden of een film kijken, kan perfect in een gedeelde ruimte zoals het clubhuis.

Intergenerationeel wonen

In een woongemeenschap kunnen jonge gezinnen, koppels en ouderen samenwonen. En dat heeft zo zijn voordelen.

Kinderopvang is veel gemakkelijker te regelen bij samenhuizers. Meestal is er wel een buur bereid om even op de kinderen te passen. Voor een boodschap kan je de kinderen zonder problemen achterlaten in het gemeenschappelijke deel of bij grotere projecten op een speelpleintje waar een buur een oogje in het zeil houdt. De druk die gepaard gaat met het grootbrengen van kinderen ligt bij samenhuizen iets minder bij de ouders alleen.

Ouder worden kan perfect in een woongemeenschap. Er bestaat een sociaal weefsel waardoor mensen langer zelfstandig in hun woning kunnen blijven.

Alles betaalbaarder

Wonen in een woongemeenschap is niet per definitie goedkoper dan particulier wonen. De woningen zijn doorgaans compacter (en dus verondersteld goedkoper), maar er zijn min of meer uitgebreide gemeenschappelijke functies die ook betaald moeten worden. In de constructiefase kan het schaalvoordeel (door gedeelde bouwkosten en de gezamenlijke aankoop van materiaal) of enige mate van zelfbouw een positief effect hebben.

Bij projecten in eigendom zullen de kopers samen gemakkelijker kiezen voor ecologische en duurzame oplossingen (bv. efficiënte energie) met een hogere investering bij de start en besparing bij gebruik. Ook dit is voordeliger.

Een aantal projecten voorziet in de gedeelde ruimtes een gemeenschappelijke (soms professionele) keuken en een ruimte voor familiefeesten e.d. Dat bespaart zeker op het huren van een zaal later. Verder kan voorzien worden in een gemeenschappelijke wasruimte, tuinhuis, speelkamer of thuiswerkplek. Je kan meer realiseren voor een mogelijk evenwaardige kost.

Ook toestellen kunnen perfect uitgeleend of samen aangekocht worden. Denk maar aan fietsen, wasmachines, grasmaaiers, klopboren, en zelfs speelgoed en abonnementen. Het is ook makkelijker om een auto te delen. Zo hoef je er zelf geen aan te schaffen.

Extra zaken, die je je alleen vaak niet kan veroorloven maar die het allemaal leuker maken, worden betaalbaar en iedereen kan er samen gebruik van maken. Denk maar aan de aankoop van een biljarttafel, de aanleg van een zwemvijver, een sauna of een klimpark voor de kinderen.

Bron: Samenhuizen wegwijzers